De Leo Belgicus door Claes Jansz. Visscher uit 1609. Het gaat hierbij om een cartografische conventie waarbij de Nederlanden in de vorm van een leeuw werden afgebeeld. Voor het eerst werd dat zo getekend in 1583 door de Oostenrijkse cartograaf Michael von Aitzing (1530-1535? – 1598) en daarna is het thema vele malen gekopieerd. De beroemdste Leo Belgicus is die van Claes Jansz. Visscher uit 1609.

Deze cursus over De Tien Dagen Die D’r Toe Doen gaat over de tien spannendste dagen in de vaderlandse geschiedenis. Het zijn die momenten waar het Zeelandse motto ‘luctor et emergo’ voor geldt; die momenten waarop de Nederlandse staat moest worstelen, maar er uiteindelijk toch weer bovenop kwam. Die momenten die van doorslaggevend belang zijn geweest voor het (voort)bestaan van de Nederlandse staat. Historicus Dionijs de Hoog voert u enthousiast mee door deze opmerkelijke tien dagen uit onze geschiedenis. Duik samen met deze gepassioneerde verteller in ons verleden en laat u de ogen openen. 

We beginnen met het moment waarop we ons gebied tot autonome Republiek uitroepen in 1588 en hoe vriend en vijand twijfelen aan de goede afloop van deze stoutmoedige onderneming. Natuurlijk mag het Rampjaar niet ontbreken; waarom waren in 1672 volk, regering en land eigenlijk redeloos, radeloos en reddeloos verloren …en zijn we er toch weer bovenop gekomen? We behandelen de Franse Periode van 1795 tot 1813 uitgebreid en bekijken hoe het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden tot stand is gekomen –  en waarom die staat geen lang leven beschoren zou zijn en het noordelijke gedeelte na 1831 als Koninkrijk der Nederlanden verder gaat.

De 19e eeuw staat in het teken van de revoluties waarbij ook Nederland steeds te maken krijgt met bedreigende crises. Die van 1830 komen we niet ongeschonden door, maar in 1848 èn in 1917 weten we met veel moeite in rustiger vaarwater te komen.

In de 20e eeuw wordt het weer moeilijker als na de eerste drie decennia een scherpe economische neergang inzet, waar Nederland na forse tegenslagen toch tegen het einde van de dertiger jaren weer uit lijkt te komen… maar dan is het mei 1940 en zal de Nederlandse staat het eerst nog eens heel zwaar te verduren krijgen.

Na de oorlog is de wens om terug te keren naar de oude vertrouwde situatie heel sterk. Als de Indonesiërs ons nationale zelfbeeld bedreigen met hun streven naar onafhankelijkheid, grijpen we hard in in ‘Ons Indië’. We verliezen toch onze Gordel van Smaragd, maar niet helemaal – we ‘hebben’ een deel van Nieuw-Guinea nog. In 1962 wordt ons ook die laatste illusie van internationale grandeur ontnomen en moet Nederland een heel nieuwe identiteit ontwikkelen. Vanaf nu zijn we geen koloniale macht meer en ruilen we onze fysieke superioriteit in voor een morele superioriteit. Nederland vindt zichzelf opnieuw uit als Gidsland dat andere landen de juiste weg wijst.

Dan volgt een periode van rust die pas bedreigd wordt met het wegvallen van de vijand uit de Koude Oorlog. In een Europa dat niet langer stabiel is wil ons Gidsland veiligheid bieden aan de moslims in Bosnië. Die wens zou in 1995 bij het dorpje Srebrenica leiden tot een trauma dat nog altijd niet verwerkt is – maar ook daar worstelen we ons weer uit.

Doe mee met deze cursus en ontdek precies welke dagen de dagen zijn die ertoe doen in de Nederlandse geschiedenis!

Tijdens deze cursus komen alle belangrijke data rond de sleutelmomenten uitgebreid aan bod, waardoor duidelijk wordt hoe steeds één dag in de geschiedenis het verschil kan maken.

Deze cursus bestaat uit tien colleges die wekelijks worden gegeven. De startdatum wordt bepaald in overleg met de cursisten.

Een gratis digitale syllabus is inbegrepen.