Laden Evenementen

« Alle Evenementen

  • Dit event is voorbij.

Het ‘hete’ Interbellum en het Wonder van de Wederopbouw

06/10/2019 @ 13:00 - 15:30

€255

Over de oorzaken en de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog in Nederland.

De Tweede Wereldoorlog is de bekendste oorlog die er ooit is gevoerd. Dat geldt zeker ook voor Nederland. Daarbinnen treedt de verschrikking van de Holocaust weer op de voorgrond. Iedere beschrijving van die oorlog gaat over de Holocaust, over het begin en het einde van de oorlog en over een aantal opzienbarende ontwikkelingen tijdens die oorlog.

In deze cursus gaan we juist in op de oorzaken en de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog. Want die oorlog staat natuurlijk helemaal niet op zichzelf. Vaak wordt vergeten te wijzen op die oorzaken van de Tweede Wereldoorlog, op de oorzaken op de lange termijn, maar ook op de oorzaken die er direct aan vooraf gaan. Dat zijn de ontwikkelingen tijdens het Interbellum, een periode die precies honderd jaar geleden begon en die daarom op het moment helemaal ‘heet’ is. Die term wijst op de periode die direct aan de oorlog vooraf gaat én verwijst indirect ook naar het belang van de Eerste Wereldoorlog. Het zijn allebei belangrijke ontwikkelingen in de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog en daarom komen ze nu eens uitgebreid aan bod.

Bovendien leidt de Tweede Wereldoorlog in Nederland tot een magische ontwikkeling… die van de Wederopbouw! Na de oorlog blijkt dat de macabere situatie die er bestond nu plaats maakt voor een inniger samenwerking dan we in lange tijd in Nederland hebben gezien. Die samenwerking leidt tot een wonderbaarlijk resultaat: we herbouwen ons land zoals het nooit eerder is geweest!

Uiteindelijk wordt duidelijk hoe de oorzaken en gevolgen van de Tweede Wereldoorlog het Nederland van 2019 tekenen.

 

 

Cursusreeks:

 

College 1: Introductie & de lange 19e eeuw

College 2: De Eerste Wereldoorlog van 1914 tot 1919

College 3: Het Interbellum I – Verzuiling en moderniteit van 1919 tot 1929

College 4: Het Interbellum II – Moeilijkheden van 1929 tot 1936

College 5: Het Interbellum III – Verbetering van 1936 tot 1940

College 6: De Tweede Wereldoorlog van 1940 tot 1945

College 7: Wederopbouw I – Het eerste herstel van 1945 tot 1948

College 8: Wederopbouw II – De Rooms-Rode coalities van 1948 tot 1958

College 9: Wederopbouw III – De uitbouw van de welvaartsstaat van 1958 tot 1966

College 10: Rood en rechts van 1966 tot 1989 en de desintegratie daarna

 

Boek deze cursus helemaal onderaan de pagina.

 

Deze cursus bestaat uit tien colleges, die steeds op zondag worden gegeven van 13:00 ’s middags tot 15:30 ’s middags in de Centrale Bibliotheek aan het Spui 68. De cursus begint op zondag 6 oktober 2019 en eindigt op zondag 15 december 2019. Vanwege de oktobervakantie zal er geen lezing zijn op zondag 27 oktober.

 

Bij deze lezingenserie ontvangt u een gratis digitale syllabus.

 

Lees hieronder de uitgebreide uitleg per college.

 

College 1: Introductie & de lange 19e eeuw

Historici zijn het erover eens: er bestaat zoiets als een ‘Lange 19e eeuw’. Die eeuw zou dan zijn begonnen in 1789 met de Franse Revolutie en eindigen met de Eerste Wereldoorlog. Het is de eeuw van het ‘nationalisme’ en tijdens die eeuw verandert de Europese landkaart meer dan drastisch. Het meest opmerkelijk is misschien wel het samengaan van een grote verzameling kleine staten en staatjes, die tezamen vanaf 1871 Duitsland gaan vormen.

 

Op deze kaart uit 1815 zie je rood omlijnd de Duitse Bond, in veel opzichten de opvolger van het Heilige Roomse Rijk. Die zal mede de voorwaarde vormen voor het ontstaan van de staat Duitsland vanaf 1871.

 

Dat nationalisme leidt onder andere tot drie oorlogen tussen de nieuwe staat Duitsland en de oude dominante macht op het vasteland Frankrijk. De tweede van die drie oorlogen zou de geschiedenis ingaan als de Eerste Wereldoorlog. In dit eerste college gaan we uitgebreid in op de manier waarop die oorlog de wereld voor altijd verandert en ook een grote invloed heeft op Nederland.

 

College 2: De Eerste Wereldoorlog van 1914 tot 1919

 

Tijdens dit college zien we hoe aan het begin van het tweede decennium van de twintigste eeuw Nederland nog in een diepe winterslaap lijkt te zijn. Als in 1914  de gelauwerde koloniale officier Lodewijk Thomson overlijdt, wordt dat met veel koloniaal eerbetoon herdacht. Sterft met hem ook Tempo Doeloe, de koloniale ‘Goede Oude Tijd’?

 

Beelden uit de documentaire over de Eerste Wereldoorlog van Peter Jackson. Hij gebruikte materiaal van het Imperial War Museum in Londen.

 

Nog geen maand later breekt de Eerste Wereldoorlog uit en daarmee breken ook in Nederland moderne tijden aan. Onze soldaten verplaatsen zich nog te fiets en we lopen op veel gebieden achter. Als zich in 1916 één van de grootste overstromingen ooit voordoet, is de noodzaak voor het aanleggen van de Afsluitdijk voor iedereen duidelijk. Tegelijkertijd ontwikkelen moderne vindingen als het vliegtuig, de telegraaf en de tram zich razendsnel.

Als direct gevolg van de Eerste Wereldoorlog krijgen we een hypermoderne grondwet en als in 1918 Nederland het enige land is waar de Duitse keizer heen kan vluchten, zal ook hij uitvinden dat het oude Nederland niet meer bestaat.

 

College 3: Het Interbellum I – Verzuiling en moderniteit van 1919 tot 1929

 

Tijdens het derde college zien we hoe de hypermoderne grondwet van 1917, bij wet het bestaan van subculturen erkent in Nederland en daarmee neemt het verschijnsel Verzuiling nog eens een vlucht– een ontwikkeling die conservatief van aard is en in sociaal opzicht een remmend karakter heeft. Christelijk Nederland schrikt zich suf van de moderne tijd en doet z’n best de mores te bewaken. Tegelijkertijd kent Nederland van 1919 tot 1929 tien jaar lang een onafgebroken economische groei. Zelfs voor mensen met een smalle beurs gloort in deze jaren de hoop op een betere toekomst.

 

Een hypermoderne ontwikkeling uit 1925

 

Wat het meest opvalt in deze jaren is de combinatie van voorspoed en moderniteit. De radio doet z’n intrede, de bioscoop en de film zijn niet meer weg te denken. We dansen op exotische klanken, die meestal uit Amerika zijn komen overwaaien. 1922 is het jaar waarin vrouwen voor het eerst de leden van de tweede Kamer kunnen kiezen.

 Dat wil niet zeggen dat onze voorouders in die tijd alleen maar optimistisch zijn. Over de gelukkige jaren twintig hangt steeds de schaduw van de Eerste Wereldoorlog en de angst dat deze ramp zich zal herhalen. Grote groepen Nederlanders volgen een antimilitaristische en pacifistische koers.

 

College 4: Het Interbellum II – Moeilijkheden van 1929 tot 1936

 

In de Verenigde Staten wordt de Beurskrach van 1929 gezien als het begin van De Grote Depressie. In het vierde college zien we hoe in Nederland de depressie meer geleidelijk kwam, ergens tussen 1929 en 1931, terwijl de economie gedurende een langere periode een geleidelijke daling doormaakte. In Nederland duurde de depressie aanzienlijk langer dan in de meeste andere landen, mede als gevolg van structurele problemen van de Nederlandse economie en voornamelijk vanwege het beleid van de overheid. De weigering om de Gouden Standaard los te laten, dat wil zeggen de veilig geachte koppeling tussen de gulden en goud, speelt een centrale rol. De Grote Depressie leidde tot politieke instabiliteit en rellen en kan deels ook gezien worden als oorzaak van de oprichting van de Nationaal Socialistische Beweging in 1931.

 

Het Jordaanoproer van 1934 – reden voor de staat om een voorloper van de Mobiele Eenheid op te zetten

 

 

De economische ellende zien we terug bij de marine, als er in 1933 een muiterij uitbreekt op de Zeven Provinciën om achterstallige soldij en het Jordaanoproer van 1934, als reactie op de verlaging van uitkeringen, zou zijn gelijke nooit kennen. De depressie in Nederland neemt af aan het einde van 1936, als de regering de Gouden Standaard los laat. Van echte economische stabiliteit is alleen geen sprake tot na de Tweede Wereldoorlog.

 

College 5: Het Interbellum III – Verbetering van 1936 tot 1940

 

In maart 1936 spreekt premier Colijn sussende woorden over de internationale politiek: ‘Ik verzoek den luisteraars dan ook om wanneer ze straks hunne legersteden opzoeken, even rustig te gaan slapen als ze dat ook andere nachten doen. Er is voorshands nog geen enkele reden om werkelijk ongerust te zijn’. Tijdens het vijfde college laat ik zien hoe die woorden aan geloofwaardigheid winnen als in september 1936 de regering de Gouden Standaard los laat en het met de economie snel beter gaat. De werkloosheid daalt en het huwelijk van Juliana en Bernard in 1937 lijkt een blijere periode in te luiden.

 

Op 7 januari 1937 trouwde Juliana met Bernhard in Den Haag

Het Amsterdamse Bos wordt afgebouwd. Haalde de NSB in 1935 nog 8% van de Nederlandse stemmen, in 1937 is hun glorie duidelijk vergaan: ze halen bij de Tweede Kamerverkiezingen nog maar 4% van de stemmen. In 1938 wordt ook nog eens het prinsesje Beatrix geboren. Met de internationale spanningen zit het wel goed, zo wil de regering Nederland doen geloven. Het leger wordt gemobiliseerd, maar dat is slechts een maatregel van voorzorg. Mocht er ergens een conflict uitbreken, dan zal Nederland – in de woorden van Wilhelmina – natuurlijk weer ‘een strikte neutraliteit in acht nemen’.

 

College 6: De Tweede Wereldoorlog van 1940 tot 1945

 

We kijken naar ‘de buitenkant’ van de Tweede Wereldoorlog. Naar elders, maar met name natuurlijk in Nederland. Hoe is die oorlog begonnen? Wat wordt er bedoeld met de sluimerende ‘spookoorlog’ aan het begin? Welke belangrijke rol speelde Nederland in het ‘Englandspiel’? Wat gebeurde er tussen 10 en 14 mei 1940? Poe – en dan zijn we d’r nog niet… de vraag is dan of het beeld klopt dat de media daarvan schetsen?

 

Symbool voor de voortgang van het gewone leven in Nederland: de typisch Nederlandse Wegenwacht in gesprek met twee joffers in traditionele klederdracht. Op de achtergrond de tanks die staan voor het recente oorlogsgeweld

 

En wat gebeurde er eigenlijk in Nederlands-Indië? Hoe zit het met de capitulatie van Nederland? Welke gevolgen had de oorlog in economisch opzicht? Welke gevolgen had de oorlog in cultureel opzicht? Genoeg ‘algemene vragen’ die ik tijdens het zesde college behandel om een goed begrip te krijgen van de Tweede Wereldoorlog in Nederland.

 

College 7: Wederopbouw I – Het eerste herstel van 1945 tot 1948

 

Tijdens het zevende college probeer ik aan te tonen dat niet zo zeer de oorlog zelf, als wel de ellende van het voorgaande decennium vaak de grootste motivator was om na de oorlog te vechten en er weer bovenop te komen. De bezetting bleek bovendien een verenigende rol te hebben gespeeld; tijdens deze periode van Wederopbouw kunnen opmerkelijk genoeg vanaf 1946 de katholieken en de socialisten samen regeren in de ‘Rooms-Rode coalities’.

 

 

De eerste coalitie krijgt een jaar later Amerikaanse steun in de vorm van de Marshall-hulp en zal ook in 1947 pogingen doen om de Indische onafhankelijkheidsstrijders op andere gedachten te brengen. Dat gebeurt onder andere in de vorm van zogenoemde ‘politionele acties’ en de eerste daarvan werd uitgevoerd tussen 21 juli en 5 augustus 1947. Mede door de succesvolle Geleide Loonpolitiek, wordt Nederland in economische zin in die periode weer gezond.

In 1947 bereikte de industriële productie weer het peil van 1938. In 1948 was de laatste oorlogsschade aan gebouwen en infrastructuur hersteld.

 

College 8: Wederopbouw II – De Rooms-Rode coalities van 1948 tot 1958

 

Vanaf 1948 gaat de Wederopbouw bij ons een nieuwe fase in. De direct aan de bezetting gerelateerde problemen zijn opgelost, maar de economie is nog altijd niet kerngezond. De inflatieproblemen die zich voordoen dragen daar ook niet erg aan bij. In politiek opzicht blijft de samenwerking tussen de sociaaldemocraten en de katholieken zeer goed werken. Dat is ook nodig, want in deze periode doet zich een aantal grote uitdagingen voor.

Zo zien we ons in 1949 genoodzaakt de soevereiniteit over te dragen aan ‘ons’ Indië. In hetzelfde jaar zien we in – met name door de pijn die de Bezetting heeft gebracht – dat we niet langer zelfstandig kunnen opereren en daarom sluiten we ons aan bij de NAVO. Twee jaar later sluiten we ons, vanuit dezelfde overweging, aan bij het economische samenwerking van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal. Dat is de organisatie die, via een paar omwegen, uiteindelijk bekend zal worden als de Europese Unie. Zo wordt in het achtste college duidelijk dat de Tweede Wereldoorlog ook in Nederland een streven heeft veroorzaakt naar vrede en samenwerking. Eén keer maken we, weer als direct gevolg van de Tweede Wereldoorlog, nog een nationale ramp mee: de Watersnoodramp van 1953.

 

 

Het Kabinet Drees I van 7 augustus 1948

 

 

 

Het derde kabinet-Drees, de laatste van de Rooms-Rode coalities, is van het begin af aan een krakkemikkig bouwwerk dat na een goede tweeëneenhalf jaar uit elkaar valt. Drees zelf zal toch als de weldoener van de Nederlandse welvaartsstaat de geschiedenis ingaan. Hij kwam in 1956 met de Algemene Ouderdoms Wet en oude vandagen zullen hem blijvend prijzen, omdat ze ‘kunnen trekken van Drees’.

 

College 9: Wederopbouw III – De uitbouw van de welvaartsstaat van 1958 tot 1966

 

In deze fase stijgen we echt op, terwijl tegelijkertijd trauma en voorspoed elkaar afwisselen. Eind vijftiger jaren wordt er een gasbel gevonden bij Slochteren, die zo groot is dat –ie niet op lijkt te kunnen gaan. Die gasbel zal de basis vormen voor de verdere uitbouw van de welvaartsstaat.

In het negende college zien we hoe de naoorlogse situatie van het Koninkrijk der Nederlanden pas tot de hele natie door dringt als we in 1962 Nieuw-Guinea verliezen – het is dán pas, dat de Nederlander beseft geen deel meer uit te maken van een wereldrijk. We sluiten ons af voor het nationale verleden en kijken alleen nog maar naar de toekomst. De Bijstandswet van 1963 geeft de natie ook een veilig gevoel over die toekomst en in 1964 al blijkt hoe modern we plots zijn geworden als het vooruitstrevende programma ‘Zo is het toevallig ook nog eens een keer’ op TV komt.

 

 

Als halverwege de jaren zestig duidelijk wordt welke omvang de Holocaust eigenlijk heeft gehad, ontstaat er een nieuw bewustzijn in Nederland. Voor een groep jonge rebellen levert dat meer dan genoeg munitie op als ze hun protestbeweging ‘Provo’ in 1965 oprichten. Jawel – ‘Provo’ wordt het gezicht van een jonge generatie die zich emancipeert met behulp van… de Tweede Wereldoorlog!

 

College 10: Rood en rechts van 1966 tot 1989 en de desintegratie daarna

 

In het laatste college zien we hoe halverwege de zestiger jaren de sociale revolutie zich ook bij ons aandient. En hoe! Provo is in 1967 nog maar net opgehouden te bestaan of in 1968 richten Joke Smit en Hedy D’Ancona de Man-Vrouw-Maatschappij op. Ze maakten deel uit van wat ‘de tweede feministische golf’ is gaan heten, een feministische beweging die misschien wel de meest vooruitstrevende ter wereld is geweest. Sociale, economische en ook andere idealen van de zestiger jaren worden in wetten vastgelegd onder de regering van Joop den Uyl tussen 1973 en 1977.

 

Koningin Juliana met het kabinet Den Uyl op de trappen van het paleis. 1e rij vlnr.: Van der Stoel, Gruijters, De Gaay Fortman, Den Uyl, koningin Juliana, Van Agt, Van Doorn, Vorrink, Van Kemenade. 2e rij vlnr. Pronk, Boersma, Westerterp, Vredeling, Duisenberg, Brouwer, Lubbers, Trip – Foto van 11 mei 1973

 

De samenwerking van de Wederopbouw kent zijn climax tijdens die regering, maar al tijdens die regering beginnen de eerste barsten zichtbaar te worden in de saamhorigheid van de naoorlogse periode. Die barsten worden een kloof na 1989, het jaar dat de Berlijnse Muur valt. Het lijkt wel alsof vanaf dat moment ‘rood’ en ‘rechts’ uit elkaar blijven drijven, tot er een polarisatie komt die onoverbrugbaar lijkt. In die situatie bevinden we ons vandaag de dag… of is er weer een periode van saamhorigheid op komst? Wat er ook gebeurt; de samenwerking van de periode van de Wederopbouw lijkt een tijd van liefde en eenheid te zijn geweest, één waarnaar sommige politieke partijen maar al te graag terug willen keren!

 

Deze cursus bestaat uit tien colleges, die steeds op zondag worden gegeven van 13:00 ’s middags tot 15:30 ’s middags in de Centrale Bibliotheek aan het Spui 68. De cursus begint op zondag 6 oktober 2019 en eindigt op zondag 15 december 2019. Vanwege de oktobervakantie zal er geen lezing zijn op zondag 27 oktober.

 

Bij deze lezingenserie ontvangt u een gratis digitale syllabus.

Gegevens

Datum:
06/10/2019
Tijd:
13:00 - 15:30
Kosten:
€255
Evenement Categorie:

Locatie

Centrale Bibliotheek
Spui 68
Den Haag,2511 BTNederland
+ Google Maps